B.O.O. Bond van Oud leerlingen landbouw Onderwijs
De Almelose afdeling was in de beginjaren een vereniging voor (jonge) mannen die landbouw onderwijs hadden gevolgd en zich tot doel stelden het niveau van de landbouw omhoog te brengen. Vaak vonden ze ook hun toekomst in die landbouw.
Je kon in die beginjaren slechts lid worden wanneer je met goed gevolg, landbouwonderwijs had genoten.(in latere jaren werd hier wat soepeler mee omgegaan). In Almelo werden vele jaren landbouw avondcursussen gegeven.
De landbouwwinteschool in Hengelo werd in 1917 gesticht. Jan Nijland was de eerste leerling uit Almelo,die in het eerste leerjaar daar naar toe ging. H. J. Holsbrink, A. Janmaat en H. H. Post, waren leerlingen van het tweede jaar. Zij waren de mensen van het eerste uur van het Middelbaar landbouwonderwijs in Almelo.
De provinciale bond van de BOO werd in 1918 opgericht.
De eerste jaren van het bestaan hield de BOO zich uitsluitend bezig met agrarische zaken, en de activiteiten bestonden vooral uit het volgen van vaktechnische activiteiten. De leden van “Ontwikkeling” onderhielden in die begintijd veel contacten met het landbouwonderwijs. Daarnaast traden verschillende directeuren van de landbouwcoöperaties en veeartsen, op als adviseur van de vereniging. Belangrijke activiteiten door de jaren heen waren onder andere: Lezingen, Cursussen, Excursies, Het keuren van gewassen, bedrijfskeuringen.
Hierbij werden verschillende bedrijven van leden, 3 à 4 keer per jaar beoordeeld op: of de sloten schoon waren, de weilanden in goede conditie, voldoende goede grassoorten in hun bestand hadden en de afrastering in orde was. Ook de akkerbouw gewassen werden aan een kritisch oog onderworpen. Stand van het gewas, goede opbrengst verwachtingen en dergelijke en er mocht natuurlijk geen onkruid woekeren. De bedrijven werden beoordeeld door leden van andere afdelingen van de B. O. O. die daarvoor door leraren uit het landbouwonderwijs werden geïnstrueerd. Het bedrijf met de hoogste waardering kreeg de eerste prijs.
Naast “Ontwikkeling” werd voor het vrouwelijke deel van de plattelandsjongeren in 1923 de B.D.V. opgericht. (de Boeren Dochters Vereniging.) Dit was de Almelose afdeling van de B. v.O. L. O. (Bond van Oud leerlingen Landbouwhuishoud Onderwijs). Na het volgen van de huishoudschool/cursus was het vanzelfsprekend dat men lid werd van de B. D. V. Hoofdactiviteiten van de B.D.V. betroffen ook meestal praktische, voor de toekomstige huisvrouw nuttige aangelegenheden, zoals: Lezingen, Cursus naaien en handwerken, Koken, Tuinieren.
Maar er werd bijvoorbeeld ook een cursus georganiseerd voor het verwerken van een varken nadat het op de boerderij, zoals toen gebruikelijk, geslacht was. de cursus vond begrijpelijk plaats op een boerderij. In dit geval namelijk van de fam. Hemmink ('t Langkaamp). Wat kwam hier zoal aan de orde: Het maken van metworst, bloedworst, leverworst, hoofdkaas, etc. Het conserveren, zoals het wecken en het te drogen hangen
De leden van B D V en Ontwikkeling gingen, vooral na de W.O.2, geleidelijk over van hoofdzakelijk vaktechnische zaken naar meer Culturele- en Sportieve evenementen. Zonder andere mensen tekort te willen doen kunnen we stellen dat het vooral Henk Janmaat en Jan Morsink zijn geweest die een stimulerende rol hebben gespeeld in het omvormen van een vaktechnisch, naar een meer algemeen vormend program.
In de oorlog van ’40 tot ’45 werden veel van de verenigings activiteiten op een laag pitje gezet. Men voelde zich ongemakkelig door de aanwezigheid van de bezetter en de controle door de ingestelde Kultuurkamer. Na de oorlog, in 1945, zijn de activiteiten weer opgestart. Onder leiding van Jan Vreman (voorzitter) werd de vereniging weer nieuw leven in geblazen en kwam weer tot bloei. De oud bestuursleden namen hun plaatsen weer in, maar er vond geleidelijk ook verjonging plaats in het bestuur.
In 1946 werd er een Revue gespeeld, met de treffende titel: "Wie zint der wier" Hoofdrolspelers Thomas Kamp, Henk Banis, Janna van de Mey en anderen, maakten er een prachtige voorstelling van. Vanaf dat moment was dus ook de “toneel groep” weer vol op actief. Er werden jaarlijks op twee avonden een voorstelling gegeven in Almelo in de schouwburg het “Groenendal” en één in Tubbergen op verzoek van de “Landbouwbank”. Bestemt voor hun afnemers in de filiaal gebieden.
Veel van de verenigings activiteiten vonden plaats bij “Cafe-Verboom”, in de Boddenstraat. Later is dit pand overgenomen door de gezamenlijke Landbouw Coöperaties, waarbij de onderverdieping werd gebruikt als winkel voor agrarische landbouwbenodigdheden, en de bovenverdieping als vergaderzaal. In de tussenliggende tijd is er ook veel gebruik gemaakt van het zaaltje van de landbouwersbank aan de "Oude Kloosterweg".
BDV en Ontwikkeling gingen steeds meer samen doen terwijl de bestuurs vergaderingen vrijwel altijd gecombineerd werden gehouden. Er werd een muziekgroep opgericht, (accordeon, mondorgel, piano etc.) Ook werd er gestart met een Blokfluitgroep voor aspirant-leden olv. Jo Uilenreef.
In 1948 werd de eerste Provinciale( Bonds) Landdag gehouden. Deze werd georganiseerd door de B.O.O en B.v O.L.O-afdelingen Almelo en Delden. De naam van de Landdag was : “OLWADO” (Overijsselse Landbouwjongeren Werken Aan De Opbouw). Plaats van handeling: de terreinen van Landgoed Twickel.
Het morgen programma bestond o. a. uit een paar inleidingen door prominente personen en uiteraard het zingen van de Bondsliederen. 's Middags was er een sportprogramma met veel Landelijke Rijverenigingen afgewisseld met gymnastiek demonstraties door "De Korenaer" uit Almelo. 's Avonds werd er een speciaal voor deze dag geschreven spel opgevoerd met als titel: "De boer ploegt voort", van hermen Bomhof en ook onder zijn leiding.
Er zijn nog veel van deze landdagen gehouden, ieder jaar op een andere plek in de provincie.
In die tijd werden ook regelmatig studieweken georganiseerd op Volkshogescholen, zoals: Diependaal in Markelo, Oversinge in Havelte, het Olde Hof in Bergen (Noord- Holland). Deze stages droegen bij aan het “verruimen van de blik van de Agrariërs” evenals de door de provinciale en landelijke bonden aangereikte adviezen en suggesties.
Ook een zeer belangrijke activiteit in die jaren was de jaarlijkse “Sportdag”, die georganiseerd werd door de gezamenlijke Almelose Plattelandsverenigingen. Deze werd gehouden op het “Maatveld”. Er werd een doorlopend programma gepresenteerd door: Loolee ruiters, De Korenaer, Vabo, De Warmbloedvereniging. De Sportdag werd door veel plattelandsbewoners bezocht en erg gewaardeerd. Een breed publiek zowel met knipmuts als met de luier. Prachtige dagen, die een grote stimulans waren voor de onderlinge verbondenheid.
Tergelegenheid van het vijftig jarig bestaan van “Ontwikkeling”, in 1960, werd een revue op gevoerd in het ”Groenendal”, met als titel: ”Verleden, Heden en Toekomst”. Drie onderdelen resp. geschreven door : Jan Vreman, Jan Morsink en Ds. Vuist.
Bij het vijfenzeventig jarig bestaan werd op 8 nov. 1985 in schouwburg “de Hagen” “De Noaloatenschop” ten tonele gebracht. Een stuk dat met heel veel succes voor de eerste keer in 1949 in het “Groenendal” voor het voetlicht was gebracht. Heel bijzonder was dat het vrijwel geheel door de spelers/sters van toen werd gespeeld.
De BDV en “Ontwikkeling” hebben een rijk verleden en een grote rol gespeeld in de ontwikkeling en de emancipatie van de Plattelandsjongeren in Almelo. De beide verenigingen zijn later samengevoegd en gingen daarna onder de naam PJGO verder.
Zwier Hondebrink. (1933 - 2020)